kopen

listen to the pronunciation of kopen
Нидерландский Язык - Турецкий язык
satın al
satın
alış
satın alan
yenilgiye uğramak
Нидерландский Язык - Английский Язык
buy

I can't decide which dress I should buy. - Ik kan niet kiezen welke jurk ik zal kopen.

I have lost my umbrella somewhere in the park. I have to buy one. - Ik ben mijn paraplu ergens in het park verloren. Ik moet een nieuwe kopen.

buy it

I would buy it, except that it costs too much. - Ik zou het kopen, maar het kost te veel.

If that guitar weren't so expensive, I could buy it. - Als die gitaar niet zo duur zou zijn, kon ik haar kopen.

buy from
buying

They are buying vegetables in the supermarket. - Ze kopen groenten in de supermarkt.

I'm in an Armani store buying a suit, of course, Dima replied. - Ik ben in een Armaniwinkel een pak aan het kopen, natuurlijk, antwoordde Dima.