een paar

listen to the pronunciation of een paar
Нидерландский Язык - Турецкий язык
bir kaç
bir kaç tane
bir çift
Нидерландский Язык - Английский Язык
a pair
one couple
a couple

Tomorrow, the car needs to go to the garage for a big service. It'll probably set me back a couple of hundred euros. - De auto moet morgen naar de garage voor een grote beurt. Daar zal ik wel weer een paar honderd euro armer van worden.

I bought a new notebook and a couple of pencils. - Ik heb een nieuw notitieboekje en een paar potloden gekocht.

a few

I hope to soon know much more than a few sentences in Dutch. - Ik hoop dat ik snel veel meer dan een paar zinnen ken in het Nederlands.

He changed a few words. - Hij veranderde een paar woorden.

a pair of

I got a pair of new shoes. - Ik kreeg een paar nieuwe schoenen.

Do you own a pair of ice skates? - Bezit je een paar schaatsen?

a couple of

May I ask a couple of questions? - Mag ik een paar vragen stellen?

I've been working here for a couple of minutes. - Ik werk hier al een paar minuten.

Нидерландский Язык - Немецкий Язык
ein paar