I don't like the way she laughs. - Ik hou niet van de manier waarop ze lacht.
I don't like the way she laughs.
Ik hou niet van de manier waarop ze lacht.
Tom doesn't like the way Mary looks at him. - Tom houdt niet van de manier waarop Maria naar hem kijkt.
Tom doesn't like the way Mary looks at him.
Tom houdt niet van de manier waarop Maria naar hem kijkt.