Herkes o kitaptan hoşlanmıyor.
- Niet iedereen vindt dat boek leuk.
O, insanları aşağılamaktan hoşlanır.
- Zij vindt het leuk mensen te vernederen.
It was very nice seeing you again.
- Het was erg leuk je weer eens gezien te hebben.
My sister has a nice piano.
- Mijn zus heeft een leuke piano.
What is a nice person like you doing in a place like this?.
The soup is nice and hot.
A third-term senator holds a nice level of seniority.