alleen

listen to the pronunciation of alleen
Niederländisch - Türkisch
keşke
tek başına

Onu tek başına yapsın. - Laat hem het alleen doen.

Tek başına seyahat etmek istiyor. - Hij reist graag alleen.

yalnız başına
tek başıma
yalnız

Buraya yalnız mı geldin? - Ben je hier alleen heen gekomen?

Onu yalnız bırakamam. - Ik kan hem niet alleen laten.

keşkeler
yaln
baş başa
biricik
sadece

Cennet ve cehennem sadece insanın kalbinde bulunur. - Hemel en hel bestaan alleen in het menselijk hart.

Sadece annem beni gerçekten anlar. - Alleen mijn moeder begrijpt me echt.

bir başına
Deutsch - Englisch
malls
promenades
proms
alleys
avenues
Niederländisch - Deutsch
alleingang
einzig
lediglich

Du musst lediglich das Zimmer aufräumen. - Je hoeft alleen maar je kamer schoon te maken.

allein

Allein gehe ich nicht ins Kino, weil ich nach dem Film gern mit jemand darüber spreche. - Alleen ga ik niet naar de cinema, want na de film wens ik die graag te bespreken met iemand.

Sie hat ihren Sohn allein im Auto gelassen. - Zij heeft haar zoon alleen in de auto achtergelaten.

bloss
alleine
nur noch