They're eating apples. - Ze zijn appels aan het eten.
They're eating apples.
Ze zijn appels aan het eten.
Have you finished eating your lunch? - Ben je klaar met het eten van je lunch?
Have you finished eating your lunch?
Ben je klaar met het eten van je lunch?
Yemek yarım saat sonra hazır. - Het eten is over een half uur klaar.
Yemek yarım saat sonra hazır.
Het eten is over een half uur klaar.
Yemek güzel ve buradaki hizmet güzel. - Het eten is goed, en de bediening hier is goed.
Yemek güzel ve buradaki hizmet güzel.
Het eten is goed, en de bediening hier is goed.